1d alles door elkaar

Vul de juiste antwoorden in.

Is het woord een persoonsvorm? Let op of het tegenwoordige tijd of verleden tijd is.
Is het een voltooid deelwoord? Langer maken of 't kofschip gebruiken.
Is het bijvoeglijk naamwoord of het hele werkwoord dan gewoon schrijven wat je hoort.
Ook bij sterke werkwoorden in de verleden tijd.

1. We hadden ons er al helemaal op (verheug...) naar Drente te gaan.
2. (Woeden...) liep de keeper het veld af, omdat hij een gele kaart kreeg.
3. Het voedsel werd door het Rode Kruis onder de bevolking (verdeel...).
4. (Verantwoord...) jullie lerares Nederlands haar cijfers?
5. De schoolleiding (verplich...e) ons extra lessen typen te volgen.
6. Na lang nadenken (vond...) Jan Willem de oplossing van de wiskundesom.
7. Ik heb (geleer...), dat je ook het hele werkwoord moet weten.
8. Alle (verplich...e) onderdelen werden in een uur tijd afgewerkt.
9. Je hebt zelf die reactie bij haar (uitgelok...).
10. (Vermel...) het nummer bovenaan het inlichtingenformulier.
11. Ik wou dat het fijne dansfeest met jou nooit (ophiel...)
12. Floris was nog niet binnen of hij (praa...e) honderduit over zijn avonturen.
13. Mijn moeder mopperde: ' (Wor...) toch eens volwassen!'
14. Je weet toch dat ik door middel van het clubblad ingelicht (wor...).
15. Die popzanger wordt door velen om zijn bijzondere stijl (bewonder...).
16. Deze zin wordt inde (voltooi...) verleden tijd geschreven.
17. Ik gaf toe dat ik (verslaaf...) ben aan roken van sigaretten.
18. (Klee...) je zuster zich altijd volgens de laatste mode?
19. Het dragen van een veiligheidsbril (wor...) bij de lessen verplicht.
20. Het heeft weinig zin dat verzoek aan de directeur te (rich...en).